
oals we allemaal wel weten was de tweede wereldoorlog een tijd met een groot voedseltekort. De winter van 1944 tot 1945 werd de hongerwinter genoemd. In met name de steden in het westen van Nederland heerste veel hongersnood. Men schat dat meer dan 20.000 mensen zijn overleden van de honger in die winter. Een van de bekende “gerechten” waar men zich mee probeerde te voeden waren de tulpenbollen. In andere delen van het land at men vaker aardappelschillen soep.
Dit recept komt vanuit mijn eigen familie. Zij woonden aan de Belgische grens. Het waren kleine zelfstandige boertjes. Geen rijke boeren die personeel konden inhuren, maar ook geen keuterboertjes die ander loondienst werk moesten doen om rond te komen. In de omgeving daar is “doe maar normaal dan doe je al gek genoeg” een populair gezegde.
En bij “normaal doen” hoort ook zuinigheid. Mijn opa gebruikte tot in de jaren 70 nog een boerenknol (Juffrouw Vogelenzang genaamd) om mee ploegen. Want tractoren waren maar onzin; een paard werkt prima. En zo ging dat ook met de tandarts, kleding die niet functioneel is, meubels die niet praktisch zijn, mobiele telefoons en internet. De tv was echter wél populair. Alhoewel die zwart-wit is gebleven tot hij het in de jaren 90 toch écht begaf. In die tijd hebben ze ook hun boerderij (helaas) verbouwt. Ze hadden tot dan nog een boerderij uit minstens 1600 zonder stromend water, een opkamer en een schijthuis.
Voedselarmoede onder boeren in het grensgebied van Brabant.

rnstige armoede tijdens de tweede wereldoorlog kende ze niet. Ze waren vrij zelfvoorzienend als boeren zijnde. Ook had men een extra inkomen; smokkelen. Aangezien ze in Baarle-Nassau woonden wat samen met Baarle-Hertog een lappendeken vormt van Nederlands en Belgisch grondgebied was dit een ideale plek om te smokkelen. Zout, suiker, boter en voedselbonnen waren populair smokkelwaar. Tóch moest de broekriem wel eens aan en kwam de aardappelschillen soep op tafel.
Mijn aardappelschillen soep is anders dan hoort. Je kunt zien dat ik nooit op de huishoudschool heb gezeten en dus nooit genoeg oorvijgen heb ontvangen voor mijn gebrek aan “schilkunsten”. Aardappelen hoorden zo dun mogelijk geschild te worden. Deze aardappelschillen werden vervolgens door een bonensnijder gehaald zodat het kleine stukjes werden.
De soep werd aangelengd met melk en groene kruiden die op dat moment vers of gedroogd aanwezig waren. Kruiden die gebruikt werden in deze aardappelschillen soep bestonden uit: Peterselie, bonenkruid, bieslook, selderij, venkelkruid en zuring.
Wat restjes wortelgewassen waar er te weinig van waren om een maaltijd te vormen konden ook in stukjes worden meegekookt. Wortels, voederbiet en knolselderij werden vaak gebruikt. Ook een ui kon toegevoegd worden. En met een weinig zout was dat de soep.
De smaak van aardappelschillen soep

ua smaak proef je de aardappelschillen niet echt. Ze zitten dan ook enkel in de soep voor de voedzaamheid. Het smaakt naar waterige warme melk met te weinig zout. Ik raad dit recept dan ook niet aan tenzij het moet. Ik maak me ook een beetje zorgen of het wel zo gezond is; menig aardappelen zijn bespoten. Tot het oorlog is of een andere ramp die hongersnood veroorzaakt zou ik voor een gewone aardappelsoep gaan.